top of page
Namibië, november - december 2014

Desolaatheid der Dingen

Namibië kent 2 soorten wegen, of 3 eigenlijk. Je hebt de zeer sporadische stukken asfalt en dan heb je gravel. De definitie van gravel moet iets zijn in de trend van; ‘aangestampte aarde, belegen met lieve kleine kiezeltjes, waarover het makkelijk rijden is’. In alle eerlijkheid geldt deze definitie voor zeker de meerderheid van de wegen in Namibië, ze zijn slaapverwekkend goed aangelegd. Maar sommige gravelwegen ook niet..

 

We rijden van Ai-Ais naar Sossuvlei in het zuiden van Namibië. Het landschap verandert continu, maar wat overheerst is de leegte, het niets. En dat geeft stof tot nadenken. Serieus heel veel stof, overal. Waarom wonen hier mensen?

De wereld van Opuwo

We wilden weer kilometers en afstanden, stof happen! Swakopmund hield ons op vanwege de lekke band. Nadat Tyremart Swakopmund door onze injectie weer een doorstart kon maken zijn we met 4 nieuwe banden op pad gegaan. Lange stoffige dagen leiden ons langs een brute zeehondenkolonie, en dwars door de droge rivierbeddingen van Damaraland. We zagen eeuwenoude rotstekeningen gemaakt door de San en werden nachtelijk aangestaard door oplichtende ogen in de bomen rond de Khowarib Gorge (in retrospect moet het small-spotted genet zijn geweest).

 

Travelreports

NAMIBIË 

De desolaatheid der dingen

Namibië kent 2 soorten wegen, of 3 eigenlijk. Je hebt de zeer sporadische stukken asfalt en dan heb je gravel. De definitie van gravel moet iets zijn in de trend van; ‘aangestampte aarde, belegen met lieve kleine kiezeltjes, waarover het makkelijk rijden is’. In alle eerlijkheid geldt deze definitie voor zeker de meerderheid van de wegen in Namibië, ze zijn slaapverwekkend goed aangelegd. Maar sommige gravelwegen ook niet..

 

We rijden van Ai-Ais naar Sossuvlei in het zuiden van Namibië. Het landschap verandert continu, maar wat overheerst is de leegte, het niets. En dat geeft stof tot nadenken. Serieus heel veel stof, overal. Waarom wonen hier mensen? Van wie zijn die schapen? Wat heeft AJAX gedaan dit weekend? Hoe zou het met die patiënt zijn... We rijden over kale vlaktes waar tot aan de horizon niets te zien is. De zon is fel en heet, de weg voor en achter ons lijkt een continue fata morgana. Als we de C14 in zuidelijke richting opdraaien rijden we het Tirasgebergte in, een fenomenaal landschap. Weids, vóór ons leegte, maar links een gebergte waarvan de toppen als met een heggenschaar lijken bewerkt. Rechts rode immense zandduinen. Al rijdend kan ik de gedachten aan Jurassic Park niet onderdrukken, het is alsof je de prehistorie inrijdt. Een paar Stegosaurussen, een Velociraptor en af is het.

 

Sommige gravelwegen zijn niet goed aangelegd, de D707 is hier een expliciet voorbeeld van. Het wasbord gehalte is hoog en elk boutje en moertje van de Toyota zwoegt. We denderen al een paar uur rustig door, totdat de relatieve rust in de auto kaput is. Een knal, een plotselinge verandering van koers en een stuk rubber aan de buitenspiegel vertellen het verhaal. Eenmaal buiten de auto blijkt er sprake te zijn van een totaalruptuur van de linker achterband, onherstelbaar. In de zinderende hitte volgt onze eerste succesvolle bandenwissel, pure trots!

 

Maar dan krijgt autorijden opeens een andere dimensie. Wij rijden met maar één reservewiel rond, stukje budget, stukje ruimtegebrek. Maar opeens rijd je dus zónder reservewiel. En dan begint de mindfuck; het psychologische spelletje tussen gravel en coureurs. Vanaf dat moment verdient elke steen op de weg een aanklacht wegens misdaden jegens het loopvlak, elke tegenligger wordt een potentiële verlosser en lucht ín de banden is waar het leven om draait. Met een schuin oog op de navigatie, de kilometers aftellende tot waar duwen een mogelijkheid wordt, rijden we verder. Met de toch al klamme billetjes stevig samen geknepen bereiken we na 90 km een tankstation. Via, via, via via rijden we nu rond met een reservewiel wat ruim 15cm kleiner is dan hetgeen daadwerkelijk onder de auto zit. Dit verdient dus nog wat aandacht in Swakopmund.

 

En daar zijn we nu, Swakopmund. Hét hoofdkwartier van de Duitse Zonnebloem. Een bizarre nederzetting waar alle allochtone Duitsers door autochtone Duitser worden klaargestoomd voor een reisje Namibië. Ze slapen een nachtje in een Zimmer Frei, ze eten knoblauchrahm süppe en schnitzels en dan door naar de paswinkel voor hun one-size-fits-all kaki Safari outfit. Vervolgens worden ze verspreid over het land, in bussen, met tientallen, honderdtallen tegelijk. Ze zijn overal! Een vriendelijke garagemedewerker bevestigde ons vermoeden, het is lager dan laagseizoen, maar de Duitsers zijn er altijd..

Desolaatheid

NAMIBIË

De Wondere Wereld van Opuwo 

 

We wilden weer kilometers en afstanden, stof happen! Swakopmund hield ons op vanwege de lekke band. Nadat Tyremart Swakopmund door onze injectie weer een doorstart kon maken zijn we met 4 nieuwe banden op pad gegaan. Lange stoffige dagen leiden ons langs een brute zeehondenkolonie, en dwars door de droge rivierbeddingen van Damaraland. We zagen eeuwenoude rotstekeningen gemaakt door de San en werden nachtelijk aangestaard door oplichtende ogen in de bomen rond de Khowarib Gorge (in retrospect moet het small-spotted genet zijn geweest).

 

Langdurig, pijnigend gravel leidt ons uiteindelijk Opuwo binnen, en eenmaal op het daar aanwezige asfalt slaan voertuig en passagiers een zucht van verlichting. Natuurlijk hadden we ze al gezien langs de kant van de weg, de Himba-vrouwen. Misschien wel het meest in het oog springende volk dat Namibië herbergt. Tot heel recent een zeer traditioneel volk zonder inmenging. Tijd wordt gezien als een rivier die langs stroomt, de klok kent geen plaats. Himba-vrouwen wassen zich niet, ze smeren zich in met een mengsel van geitenvet en oker wat hen de karakteristieke kleur geeft. Deze zelfde behandeling krijgt het haar en naar gelang de leeftijd neemt dit andere vormen aan.

 

De regering van Namibië werkt hard aan haar infrastructuur, en op verschillende wijze interfereert dit met de bestaanswijze van de Himba. Er worden dammen gebouwd die begraafplaatsen bedreigen, kinderen mogen niet in traditionele kleding naar school. Op steeds meer vlakken worden de Himba gedwongen beetjes van hun cultuur af te staan. Een significant deel verdient haar brood inmiddels door zich te laten fotograferen of het dorp ter dispay open te stellen. Toerisme vertroebelt hier een trots volk.

In en om Opuwo wonen niet alleen Himba, maar ook Nama, Afrikaners, Ovambo en Herero. (Laatstgenoemde kleden zich in gigantische Victoriaanse jurken met 3-hoekige hoofddeksels. Gek genoeg is dit volk nauw verwant aan de Himba, ze delen dezelfde afkomst en spreken dezelfde taal.) Opuwo is de gate-way naar Kaokoland, de Kunene-regio tot aan de grens met Angola in het Noordwesten van Namibië. Opuwo is ook de enige stad in deze regio en het is daar waar zich een bijzonder tafereel afspeelt.

 

Iedereen moet boodschappen doen, wij ook. In de straten van Opuwo loop je tussen de klei-gekleurde lijven, grote jurken, blote borsten en blanke boeren. In de rij van de supermarkt staat dit illustere rijtje voor je, allemaal met een smartphone in de hand. En All I Want for Christmas klinkt op de achtergrond. Wij met onze beperkt referentiekader hadden wat moeite al deze cultuur in 1 plaatje te snuiven.

Opuwo bracht ons naar de Epupa Falls in het uiterste noorden van Nambië, vanuit daar vervolgende we de Kunene Rivier een stuk naar het oosten. Ongerepte natuur in totale afzondering. Palmbomen, groen/blauw water, krokodillen, apen, uilen, varanen, gigantische insecten en White Water Rafting. Daar waar je niemand meer verwacht kun je raften. Een tikkeltje gevaarlijk, we zijn meer dan eens tegen Angola aangevaren.

En zo bevonden we ons door een abrupte wijziging in het reisschema opeens in Etosha, het spraakmakende wildpark van Namibië. We hebben genoten van de natuur die ons goed gezind was. Het blijft imponerend om zelf tussen de hekken te willen staan en de natuur haar gang te zien gaan. In de reisboeken staat dat je je in Etosha altijd alleen waant, dat klopt. Behalve in Okaukuejo Camp in het absolute midden van het park. We hadden ons tentje opgezet, wandelingetje langs de waterplek, allemaal mooi en rustig. Totdat een colonne overlandtrucks arriveerde. Overlandtrucks zijn een begrip op zich in dit deel van Afrika en huisvesten mensen die in wat kortere tijd door Afrika willen reizen in groepsverband. Nadat Omroep Max haar truck recht voor de ingang van ons tentje had afgeleverd was het gedaan met de rust. We zijn in slaap gesukkeld met gesprekken over wanneer Jos en Bert met pensioen gaan en waarom Margriet bij de Tena MaxiPants zweert, topnacht!

Namibië loopt voor ons op haar einde. We bevinden ons nabij de aanvang van de Caprivistrip (wat opeens minder exotisch klinkt als je je realiseert waarom deze rare strook land bestaat en dat hij genoemd is naar Leo von Caprivi). Botswana staat op ons programma en we popelen..

Opuwo
bottom of page